Petitie en 52000 handtekeningen voor onderwijs in moedertaal op basisschool

In opinie op 25-02-2015 | 15:58

Verschillende Turks- Nederlandse organisaties en het Marokkaans- Nederlandse Emcemo hebben gisteren 52.000 handtekeningen en een petitie aan de Onderwijscommissie van de Tweede Kamer overhandigd. Ze willen dat onderwijs in de moedertaal terugkomt op basisscholen.

Het Gerechtshof in Den Haag heeft bepaald dat de Nederlandse staat niet verplicht is taallessen in het Turks op basisscholen te financieren.

De Turkse arbeidersvereniging HTIB is een van de initiatiefnemers van de hadtekeningenactie. Volgens Mustafa Ayranci is onderwijs in de moedertaal een recht voor Turkse kinderen. “Daarom moet het terug komen,” aldus Ayranci tegenover Demet TV. Volgens de organisaties is afschaffing van de moedertaal in strijd met Internationale verdragsbepalingen, in het bijzonder het Internationale Verdrag voor de Rechten van het Kind.

Er zijn de afgelopen jaren 52 duizend handtekeningen verzameld om zogenoemde OALT-lessen terug te krijgen. Naast het Marokkaans-Nederlandse Emcemo, hebben 14 Turks-Nederlandse organisaties hieraan meegewerkt: HTİB, SMHO, TİCF, HTSKF, HOTİAD, HAKDER, NİF, UETD, HTF, HTKB, HTİKB, HOGİAF, DSDF, SICN.

In november 2013 oordeelde de rechter dat de Staat niet verplicht is allochtone kinderen op de basisschool les te geven in hun moedertaal. De organisaties gingen daarop in hoger beroep. Deze week zal het Hof opnieuw een uitspraak doen. 

Geschiedenis OETC/ OALT

In 1970 werd door het toenmalige ministerie van CRM besloten om Onderwijs in Eigen Taal en Cultuur (OETC)  aan allochtone leerlingen te gaan subsidiëren buiten schooltijden. In 1974 voerde het ministerie van Onderwijs OETC binnen schooltijd in. 

OETC werd belangrijk gevonden omdat destijds de verwachting was dat veel migranten zouden terugkeren naar het land van herkomst. Later kwam het accent meer te liggen op het zelfbeeld en identiteitsvroming van kinderen en het functioneren in het gezin. Bovendien meenden sommige onderzoekers dat een goede beheersing van het onderwijs in de eigen taal  een positieve invloed zou hebben op het onderwijs in het Nederlands. Andere onderzoekers bestreden dit juist weer.

Op de kwaliteit van het OET(C)-onderwijs was in de loop der jaren veel kritiek. Zo was er kritiek op het lesmateriaal (te veel op land van herkomst georienteerd), op de kwaliteit van de OETC- docenten en op de aansluiting met andere onderdelen van het lesprogramma. Ook werd de vraag gesteld of het wel zinvol was Arabische les te geven aan Marokkaanse kinderen uit gezinnen waar Tamazight werd gesproken. Vergelijkbare discussies werden gevoerd over het Koerdisch. Tot slot werd geregeld de vraag gesteld waarom sommige talen op school werden aangeboden, terwijl andere minderheidsgroepen, waaronder de Chinese Nederlanders, hun taalonderwijs buiten schooltijd organiseerden en zelf financierden.

Uiteindelijk besloot het ministerie van O, C en W in 1995 het OET(C)-onderwijs af te schaffen en te vervangen door OALT (Onderwijs is Allochtone Levende Talen) buiten schooltijd. Op 1 augustus trad de Wet Onderwijs Allochtone Levende Talen in werking. 

In 2002 werden de eisen voor taalondersteuning aangescherpt. OALT-leerkrachten moesten een NT2-diploma halen om als taalondersteuner aan de slag te kunnen blijven. Uiteindelijk stopte op 1 augustus 2004 de bekostiging van OALt. De basis voor deze beslissing lag in het regeerakkoord van het eerste kabinet Balkenende, waarin werd vermeld: "Prioriteit moet worden gegeven aan het leren van Nederlands, daarom wordt de regeling Onderwijs in Allochtone Levende Talen afgeschaft." 

Na de afschaffing van het OALT was er volgens sommigen sprake van een toename van het aantal kinderen dat naar Koranonderwijs werd gestuurd, omdat daar Arabische les wordt gegeven.  


Petitie van HTIB en EMCEMO

De HTIB en EMCEMO overhandigden gisteren een petitie aan de Tweede Kamercommissie.  De tekst van de petitie wordt hieronder letterlijk weergegeven.


Geachte leden van de 2e kamer commissie,

Met de mensenrechten als basis, zijn wij begonnen met de juridische strijd om het in 2004 afgeschafte onderwijs van de moedertaal weer terug te krijgen in het basisonderwijs. Vandaag wordt er van het Hof van Justitie uitspraak verwacht inzake de aangespannen dagvaarding tegen de Minister van Onderwijs. De advocaten hebben een pleidooi gevoerd, gefundeerd op onder andere het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het van het Kind, het Turks Associatierecht en EU Richtlijnen.
Wij willen dat de Nederlandse overheid via de wetgeving onderwijs van de Moedertaal op de basisschool mogelijk maakt en faciliteert. Het gaat hier om een fundamenteel kinderrecht en een universeel kinderrecht. Ongeacht de moedertaal, is het eveneens de verantwoordelijkheid van de overheid om het onderwijs zo goed mogelijk te laten aansluiten bij de culturele waarden van het kind en hierbij rekening te houden met een ander moedertaal. De ontwikkeling van de moedertaal is van fundamenteel belang voor het kind.

Wij als initiatiefnemers zijn zeer erkentelijk dat u vandaag ons hier heeft willen ontvangen. Het belang van het investeren in de toekomst is ook ons doel en missie. Investeren in de kinderen van de toekomst die met beide benen stevig op de grond staan is van groot belang. Het belang van goed kwalitatief onderwijs en meertaligheid wordt in de huidige wereld nog meer benadrukt.

Wij zijn van mening, en dat wordt met talloze onderzoeken en ervaringen ondersteund, dat het leren, begrijpen, verwerken en ontwikkelen van de cultuur en de moedertaal van een kind van groot belang is om als een evenwichtig, stabiel en zelfverzekerd persoon in de samenleving te staan en te kunnen functioneren. De kinderen met ouders en grootouders van andere dan de Nederlandse nationaliteit moeten dit op twee fronten doen. Een goede en juiste interpretatie en vervolgens de overdracht van de culturele normen en waarden in de groeiperiode van het kind is van essentieel belang. Als dat niet goed of onvolledig gebeurd hebben de kinderen en de samenleving in de toekomst grote problemen. We zijn van mening dat dit kan worden voorkomen.

Taal is het middel om het culturele erfgoed op de beste manier door te geven aan de toekomstige generaties. Kinderen met een andere achtergrond missen dit voordeel volledig. Gezien de achtergrond van de ouders die hier als arbeiders zijn gekomen kunnen de kinderen en kleinkinderen thuis deze vorming niet of nauwelijks krijgen. Nu dit op de scholen op vroege leeftijd ook niet meer mogelijk is ontstaat helaas een generatie die wankelt tussen alle soorten ideeën. Ze zijn ook prooi voor de invloed van buiten af met alle gevolgen van dien. De invloed van de gebrekkige en vaak onjuiste en gekleurde informatie van de landen van herkomst is groot en werkt niet aan een beter beeld van de normen en waarden, in tegendeel.

Wij willen deze ongewenste ontwikkeling een halt toeroepen en de kinderen op jonge leeftijd de kans te geven om de taal van de ouders op een kwalitatief hoog niveau te leren, dit dient door de overheid georganiseerd en gefaciliteerd te worden. Dit is de beste wijze om de kinderen te beschermen tegen de buitenlandse, lees ook extreme gedachten en dat ze een volwaardige plaats in de samenleving kunnen verwerven.

Zo is de moedertaal leren essentieel en noodzakelijk. Voor de duidelijkheid om misverstanden te voorkomen willen we geen volledig onderwijs in moedertaal. Dat is verwerpelijk voor de kinderen die hier de toekomst moeten hebben. Wij willen beslist dat de kinderen volledig het Nederlandse onderwijs volgen en daarnaast de taal van hun ouders en grootouders leren.

We beseffen heel goed dat bij de uitvoering heel veel te overwinnen is en het niet makkelijk is te organiseren. Maar financiering mag in ieder geval geen argument zijn om het moedertaal onderwijs niet in te voeren en in praktijk te brengen. We hebben het immers over de toekomst van het land. Wat organisatie en invulling betreft weten we dat in Nederland voldoende en zeker op hoog niveau pedagogische kennis en ervaring heeft in de tweede taalverwerving. Laten we dan deze ervaring inzetten voor de toekomst van Nederland. We zijn ook bereid alles te doen om de ouders op de hoogte te brengen en te motiveren van het belang van moedertaal onderwijs.

Dat laatste opmerking is eigenlijk overbodig want we hebben hier een grote steun, die wij verzameld hebben. 52.000 handtekeningen die in de afgelopen periode zijn verzameld. Motivatie en grote wens bij de ouders is aanwezig. Daar is geen twijfel over. Het argument dat de ouders het niet zouden willen gaat in dit geval niet op. Wat ze wel willen is kwaliteit en toegankelijkheid bij de uitvoering. Wij dragen hiermee de boodschap over dat onderwijs van de moedertaal een sterke behoefte is binnen de gemeenschappen die een andere moedertaal dan het Nederlands hebben en wensen dat de overheid zorgdraagt in het aanbieden van de mogelijkheid om de eigen taal en cultuur onderwezen te krijgen aan kinderen in het basisonderwijs. Wij zullen hier als samenleving met zijn allen profijt van ondervinden in de toekomst.


Hierbij willen we de handtekeningen overhandigen en u met klem verzoeken hier serieus aandacht aan te besteden binnen de onderwijscommissie om uiteindelijk voor een gunstig resultaat, namelijk invoeren van onderwijs van de moedertaal in het basisonderwijs, te besluiten. Met het aanbieden van deze handtekeningen willen wij u dringend verzoeken om oor te hebben voor deze breed gedragen petitie en de nodige maatregelen te treffen om onderwijs van de moedertaal weder te faciliteren in het basisonderwijs. Wij geloven dat deze investering niet alleen en voornamelijk in het belang van onze kinderen is, maar dat hiermee tevens wordt voldaan aan de overheidsplicht om het onderwijs kwalitatief zo goed en breed mogelijk aan te bieden aan minderjarigen.


Tot slot onderstrepen we ons verzoek met woorden van Nelson Mandela:

“Indien u praat met een man in de taal die hij verstaat dan bereikt u zijn hoofd,
maar indien u praat met hem in zijn moedertaal dan bereikt u zijn hart.”


Hoogachtend,
Mustafa Ayranci
Voorzitter HTIB
Abdou Menebhi
voorzitter EMCEMO

 

 

Update: uitspraak rechter

Het Gerechtshof in Den Haag heeft bepaald dat de Nederlandse staat niet verplicht is taallessen in het Turks op basisscholen te financieren. Dat meldt Demet TV. 

Het hof is van mening dat uit geen van de door de eisers “aangehaalde bepalingen een recht op onderwijs van de moedertaal is af te leiden,” zo staat te lezen in de uitspraak van het gerechtshof.
Advocaat Nazmi Türkkol had juist aangevoerd dat “het belang van het kind voorop staat en dat het onderwijs moet aansluiten op de behoeften van het kind om zich te kunnen ontplooien.” Ook dat geeft volgens de rechter geen recht op onderwijs van de moedertaal.

Advocaat Nazmi Türkkol laat Demet TV weten dat er nu drie mogelijkheden zijn om verder te procederen. Hij denkt aan de De Hoge Raad, het Europees Hof voor de Rechten van de Mens of de Verenigde Naties. 

 

Lees ook:

 

Rechter: geen recht op onderwijs in moedertaal

Het belang van meertaligheid

 

Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook.  

 

Waardeert u ons vrijwilligerswerk? U kunt het laten blijken door een bijdrage over te maken op rekeningnummer NL12INGB0006026026 ten name van de stichting Allochtonenweblog te Amsterdam. Met een donatie van 5 euro zijn we al blij. Meer mag ook! 



 


Meer over emcemo, htib, moedertaal, oalt, oetc.

Delen:

Reacties


Hannes Minkema - 28/02/2015 19:46

(excuus: herzien bericht)

OETC is 'een recht voor Turkse kinderen', zo wordt hier beweerd. Wat zijn de argumenten? En wat moeten we daar van denken?

1. Afschaffing van OETC zou in strijd zijn met de 'mensenrechten', met 'universele' en 'fundamentele' kinderrechten in het 'IVRK', met het 'Turks associatierecht' en 'EU richtlijnen'.

Maarre... welke rechten dan? Welke bepalingen? Welke richtlijnen? We moeten er naar raden. Veel namen, geen enkele duidelijkheid.

Als je die rechten en bepalingen écht zo cruciaal vindt, had je ze kunnen vermelden.


2. Er zijn 52.000 handtekeningen opgehaald.

Het is niet zo dat mensen een 'recht' kunnen ontlenen aan een petitie namens 52.000 mensen. Je kunt hooguit constateren dat er in bepaalde kringen een wens is. Maar dat is toch echt iets anders. Ik heb ook wel een paar wensen. En Velen Met Mij.


3. Het is 'de verantwoordelijkheid van de overheid' om het onderwijs 'zo goed mogelijk te laten aansluiten bij de culturele waarden van het kind' en hierbij rekening te houden met een andere moedertaal.

Welnee. Ten eerste is het de vraag wat 'de culturele waarden van het kind' zijn, voorzover daar iets anders mee wordt bedoeld dan de culturele waarden van de opvoeders (die trouwens ook niet allemaal hetzelfde zijn).

Ten tweede hoeft de overheid helemaal niet 'zo goed mogelijk' aan te sluiten bij 'de' culturele waarden van Egbert-Jan, Sharon en Truitje; noch bij Fatima, Juan en Kai-Lin. Aansluiting is een middel, of een nevendoel, of in het beste geval 'een van' de doelen op zich; maar echt niet het ultieme, boven alles prioriteit genietende doel van onderwijs.

Bovendien biedt wetenschappelijk onderzoek geen eensluidende conclusie over de zin van OETC. Laat staan dat daar een topprioriteit uit voortvloeit.

Géén publiek onderwijs in Vietnamees, Turks, Spaans of Ghanees kan best de redelijke uitkomst zijn van een afweging van belangen, prioriteiten en mogelijkheden.


4. OETC zou 'van groot belang' zijn om 'als evenwichtig, stabiel en zelfverzekerd persoon in de samenleving te staan en te kunnen functioneren'.

Dat blijkt nergens uit, en zeker niet uit die zogenaamde 'talloze onderzoeken', tenminste als we daaronder deugdelijk wetenschappelijk onderzoek mogen verstaan. Sterker nog: er bestaat helemaal geen wetenschappelijk onderzoek naar het effect van OETC op 'evenwichtig, stabiel en zelfverzekerd functioneren in de samenleving'. Laat staan dat dit een 'groot' effect zou aantonen. Pure duimzuigerij.


5. Als kinderen met een allochtone ouder - of zelfs met een grootouder - geen OETC krijgen 'krijgt de samenleving in de toekomst grote problemen'.

Met bij elkaar gefantaseerde beangstigende toekomstscenario's krijg je mij niet om. En ik mag hopen onze politici ook niet.


6. Als allochtone kinderen geen OETC krijgen, zijn ze het slachtoffer van 'invloeden van buitenaf met alle gevolgen van dien' en van 'onjuiste en gekleurde informatie van de landen van herkomst' en krijgen ze een verkeerd beeld van 'normen en waarden'.

Ik interpreteer: dan zijn ze vatbaar voor radicalisering. Een leuk modieus argument.

Maar de onderbouwing hiervan is nul. Er is op geen enkele manier een overtuigend verband te leggen tussen geen OETC krijgen of weinig thuis zijn in de eigen taal & cultuur, en de neiging tot radicalisering.

Wel interessant om te lezen dat men bepaalde informatie uit 'de landen van herkomst' (Turkije, wellicht Marokko) taxeert als 'onjuist en gekleurd'. Het zijn de favoriete vakantielanden en landen waarmee men ook anderszins een warm contact onderhoudt, is het niet?


7. Door de overheid georganiseerde OETC is de beste manier om de kinderen te beschermen tegen buitenlandse, extreme gedachten en om een volwaardige plaats in de samenleving te verwerven.

Een middel-doel-verhaal dus.

Nobele doelen hoor, maar of dit 'de beste manier' is, blijkt nergens uit. Sterker nog: nergens blijkt uit dat dit überhaupt EEN manier is die zou werken. En beleid maken we niet op fantasieën, mag ik hopen.

Je kind beschermen tegen 'extreme gedachten' en een 'volwaardige plaats in de samenleving' te geven, lijkt me nou typisch een taak voor opvoeders. De overheid kan hooguit als vangnet fungeren voor ontsporingen. We hebben goddank geen communistisch systeem waarbij de overheid als 'preventief opvoeder' optreedt.

Kortom, zeven argumenten, geen daarvan overtuigend. Ik concludeer dat de rechter vorig jaar het verzoek terecht heeft afgewezen.

Hannes Minkema - 28/02/2015 19:41

OETC is 'een recht voor Turkse kinderen', zo wordt hier beweerd. Wat zijn de argumenten? En wat moeten we daar van denken?

1. Afschaffing van OETC zou in strijd zijn met de 'mensenrechten', met 'universele' en 'fundamentele' kinderrechten in het 'IVRK', met het 'Turks associatierecht' en 'EU richtlijnen'.

Maarre... welke rechten dan? Welke bepalingen? Welke richtlijnen? We moeten er naar raden. Veel namen, geen enkele duidelijkheid.

Als je die rechten en bepalingen écht zo cruciaal vindt, had je ze kunnen vermelden.


2. Er zijn 52.000 handtekeningen opgehaald.

Het is niet zo dat mensen een 'recht' kunnen ontlenen aan een petitie namens 52.000 mensen. Je kunt hooguit constateren dat er in bepaalde kringen een wens is. Maar dat is toch echt iets anders. Ik heb ook wel een paar wensen. En Velen Met Mij.


3. Het is 'de verantwoordelijkheid van de overheid' om het onderwijs 'zo goed mogelijk te laten aansluiten bij de culturele waarden van het kind' en hierbij rekening te houden met een andere moedertaal.

Welnee. Ten eerste is het de vraag wat 'de culturele waarden van het kind' zijn, voorzover daar iets anders mee wordt bedoeld dan de culturele waarden van de opvoeders (die trouwens ook niet allemaal hetzelfde zijn).

Ten tweede hoeft de overheid helemaal niet 'zo goed mogelijk' aan te sluiten bij 'de' culturele waarden van Egbert-Jan, Sharon en Truitje; noch bij Fatima, Juan en Kai-Lin. Aansluiting is een middel, of een nevendoel, of in het beste geval 'een van' de doelen op zich; maar echt niet het ultieme, boven alles prioriteit genietende doel van onderwijs.

Bovendien biedt wetenschappelijk onderzoek geen eensluidende conclusie over de zin van OETC. Laat staan dat daar een topprioriteit uit voortvloeit.

Géén publiek onderwijs in Vietnamees, Turks, Spaans of Ghanees kan best de redelijke uitkomst zijn van een afweging van belangen, prioriteiten en mogelijkheden.


4. OETC zou 'van groot belang' zijn om 'als evenwichtig, stabiel en zelfverzekerd persoon in de samenleving te staan en te kunnen functioneren'.

Dat blijkt nergens uit, en zeker niet uit die zogenaamde 'talloze onderzoeken', tenminste als we daaronder deugdelijk wetenschappelijk onderzoek mogen verstaan. Sterker nog: er bestaat helemaal geen wetenschappelijk onderzoek naar het effect van OETC op 'evenwichtig, stabiel en zelfverzekerd functioneren in de samenleving'. Laat staan dat dit een 'groot' effect zou aantonen. Pure duimzuigerij.


5. Als kinderen met een allochtone ouder - of zelfs met een grootouder - geen OETC krijgen 'krijgt de samenleving in de toekomst grote problemen'.

Met bij elkaar gefantaseerde beangstigende toekomstscenario's krijg je mij niet om. En ik mag hopen onze politici ook niet.


4. Als allochtone kinderen geen OETC krijgen, zijn ze het slachtoffer van 'invloeden van buitenaf met alle gevolgen van dien' en van 'onjuiste en gekleurde informatie van de landen van herkomst' en krijgen ze een verkeerd beeld van 'normen en waarden'.

Ik interpreteer: dan zijn ze vatbaar voor radicalisering. Een leuk modieus argument.

Maar de onderbouwing hiervan is nul. Er is op geen enkele manier een overtuigend verband te leggen tussen geen OETC krijgen of weinig thuis zijn in de eigen taal & cultuur, en de neiging tot radicalisering.

Wel interessant om te lezen dat men bepaalde informatie uit 'de landen van herkomst' (Turkije, wellicht Marokko) taxeert als 'onjuist en gekleurd'. Het zijn de favoriete vakantielanden en landen waarmee men ook anderszins een warm contact onderhoudt, is het niet?


5. Door de overheid georganiseerde OETC is de beste manier om de kinderen te beschermen tegen buitenlandse, extreme gedachten en om een volwaardige plaats in de samenleving te verwerven.

Een middel-doel-verhaal dus.

Nobele doelen hoor, maar of dit 'de beste manier' is, blijkt nergens uit. Sterker nog: nergens blijkt uit dat dit überhaupt EEN manier is die zou werken. En beleid maken we niet op fantasieën, mag ik hopen.

Je kind beschermen tegen 'extreme gedachten' en een 'volwaardige plaats in de samenleving' te geven, lijkt me nou typisch een taak voor opvoeders. De overheid kan hooguit als vangnet fungeren voor ontsporingen. We hebben goddank geen communistisch systeem waarbij de overheid als 'preventief opvoeder' optreedt.

Kortom, vijf argumenten, geen daarvan overtuigend. Ik concludeer dat de rechter vorig jaar het verzoek terecht heeft afgewezen.

Leon - 28/02/2015 12:44

Ik weet het goed gemaakt de dag dat deze mensen even goed Nederlands lezen en schrijven als gemiddeld dan gaan we het overwegen. Tot die tijd steken we de tijd gewoon in Nederlands ok? Volgens mij is het probleem juist dat deze kinderen thuis ook al in de moedertaal 'onderwezen' waardoor ze gigantische achterstanden oplopen in vergelijking met mijn kinderen.

John Dubbelboer - 26/02/2015 21:44

Kuzu, parlementarier en ex-PvdA-lid haalde het nieuws met dexe quote: als een Marokkaan geweigerd wordt bij een dancing gaat hij klagen, als een Turk wordt geweigerd, richt hij zelf een dancing op. De boodschap is duidelijk: geen verongelijkt slachtofferisme maar de handen uit de mouwen. Kuzu spreekt niet voor zichzelf maar voor alle Turken. Hij heeft goed gekeken naar het verhaal van de Amerikaanse minderheden waar Afro-Amerikanen er de voorkeur aan geven om slachtoffer te "zijn". Dat is dus niks voor Turken.
In dat Amerikaanse narratief gaat het ook altijd over Aziaten. IJverig en succevol op school, universiteit en bedrijf. Ook in Nederland zijn Chinezen succesvol. Het SCP-rapport "Van horeca tot hogeschool" windt er geen doekjes om: Chinezen zijn ijverig, intelligent en hechten weinig belang aan godsdienst.
In de vergelijkende migrantenkunde is het baas boven baas. Toch zijn er ook overeenkomsten tussen de migrantengroepen: zij hechten alle belang aan de moedertaal. Dat zijn in Nederland Berbers, Turks en wellicht dus Chinees.
Dus toch een punt met die petitie? Nou ja, de Chinezen betalen de Chinese les zelf en dat is een opmerkelijk verschil.
De petitie schetst donkere wolken als Nederland niet gauw geld steekt in onderwijs in moedertalen. Dat is niet fair tegenover onze ijverige moslimmeisjes die het zo goed doen. Beloon liever deze ijver met Nederlands belastinggeld.


John Dubbelboer - 25/02/2015 22:00

RA verwijst naar twee links: de eerste is die van de rechterlijke uitspraak waarin de eis van onderwijs in de moedertaal wordt afgewezen en de tweede link is naar een betoog van Froukje Santing.
Het is bepaald niet de eerste keer dat deze kwestie op RA ter sprake en met name bij een bericht uit RA van 23 oktober 2012 waarin gesproken wordt over die te voeren rechtszaak zijn de reacties van de lezers hier van een opvallend hoog niveau en beslist de moeite waard om gelezen te worden. Niet al te welwillend maar wel raak.