Pinto: de oplossing van diverse wethouders is oud, achterhaald en ontoereikend

In opinie op 06-04-2012 | 21:38

Tekst: David Pinto

De raddraaiers en ontspoorde Marokkaanse jongeren in Amsterdam-West spreken perfect en accentloos Nederlands, maar participeren helemaal niet. Veel Chinezen spreken helemaal geen Nederlands, maar vertonen lang niet zulke alarmerende negatieve cijfers.
Natuurlijk is taal belangrijk, maar voor effectieve communicatie zijn nog andere vaardigheden nodig waaronder het doorgronden van de maatschappelijke codes en ‘verkeersregels’; de heersende en geaccepteerde omgangsregels; de impliciete en expliciete (kern)waarden die in acht dienen te worden genomen. En die zijn vele malen moeilijker, maar ook belangrijker dan taal leren. Dat betoogt David Pinto.

In zijn ‘Idee voor Nederland’ zegt Lodewijk Asscher dat zijn onderwerp ‘een belangrijk onderdeel van het integratieprobleem, segregatie en achterstanden van allochtone kinderen’ betreft. Hij zegt dat deze tijd om nieuwe oplossingen vraagt. En wat is zijn nieuwe oplossing? Taalachterstand wegwerken en voorschool.
De rondgang van Brigit Kooijman langs andere wethouders in diverse steden leverde hetzelfde op, blijkens haar verslag in Binnenlands Bestuur (BB) van jongsleden 30 maart. Asscher vertolkte deze benadering in de Balie in Amsterdam en zijn toespraak werd gepubliceerd in de Volkskrant ((O&D, 20 maart).

Asscher vindt dat de kansen van kinderen met ouders die niet goed Nederlands spreken ‘nog altijd beroerd’ zijn. Hij voerde een voorbeeld aan van die ‘duidelijk een intelligente vwo leerling’ die hij laatst hoorde spreken bij de opening van het Technasium in Amsterdam West. Daarbij viel het Asscher op dat deze jongen met een vet accent sprak. En Asscher vindt dat hij ‘beter moet als hij het straks wilt redden in de grote mensen wereld’.

Merkwaardig standpunt. Hoeveel succesvolle mannen en vrouwen lopen niet rond bij krantenredacties, uitgeverijen, gemeentes en ministeries met een duidelijk hoorbar en vaak trots Twents, Limburgs, Gronings en Fries accent? Mijn eigen zware Marokkaans-Berberse accent heeft niet verhinderd dat ik het in ‘de grotemensenwereld’ heb geschopt tot professor en auteur van 15 boeken. En dat voor een kind van twee analfabete ouders die geen woord Nederlands spraken, laat staan ‘goed Nederlands’.

Natuurlijk is taal belangrijk. Het is de eerste voorwaarde voor efficiënte communicatie. Maar voor effectieve communicatie, in de zin van het bereiken van een gesteld doel zijn nog andere vaardigheden nodig. Onder meer het doorgronden van de maatschappelijke codes en ‘verkeersregels’; de heersende en geaccepteerde omgangsregels; de impliciete en expliciete (kern)waarden die in acht dienen te worden genomen. En die zijn vele malen moeilijker, maar ook belangrijker dan taal leren. En daarvoor bestaan geen grammaticaboeken. Dat het belangrijker is voor maatschappelijk succes, is het door de befaamde Amerikaanse psycholoog Daniel Goleman aangetoond. Daarom ook pleit ik voor een ‘Participatietest’ (P-test) als onderdeel van Inburgering en ook als toelatingseis voor (potentiële) migranten, om (capaciteit voor) genoemde vaardigheden te toetsten.

Niet alleen taaltest.

De taaloplossing is achterhaald. De raddraaiers en ontspoorde Marokkaanse jongeren in Amsterdam-West spreken perfect en accentloos Nederlands, maar participeren helemaal niet. Als wethouder in Amsterdam behoort Asscher dat toch te weten.

Bovendien, uit onderzoekingen van het CBS en het CPB blijkt dat het probleem van de goede scholing (in het Nederlands wel te verstaan) is ondertussen met succes is opgelost. Het percentage allochtonen dat naar een hogeschool of universiteit gaat, nam tussen 2004 en 2010 toe van 43 tot 55 procent. Onder autochtonen was die stijging kleiner: van 52 naar 58 procent. Allochtone meisjes studeren nu evenveel als hun autochtone seksegenootjes. En zelfs meer dan ‘Hollandse’ jongens. Niettemin, zien we verontrustende cijfers over werkloosheid en criminaliteit. Terwijl het aantal autochtone werklozen licht afneemt, van 4,5 naar 4,2 procent, is die bij migranten gestegen. Bij westerse migranten van 6,5 naar 7,1 procent en bij niet-westerse migranten van 12,6 naar 13,1 procent. En bij migranten jongeren is de werkloosheid ernstig te noemen: 23,4 procent tegenover 7,7 procent bij autochtone jongeren. En maar liefst 65% van Marokkaanse jongeren zijn is aanraking geweest met justitie. In Amsterdam kan nog geen kwart van alle jonge Marokkaanse meiden kan in haar eigen onderhoud voorzien. Bij andere vrouwen is bijna 60 procent economisch zelfstandig.

En je hebt eigenlijk helemaal geen onderzoeksgegevens nodig om te weten dat er kennelijk wat anders is dan taal dat debet is aan de achterstanden van migranten(kinderen). Je hoeft alleen maar je ogen en oren open te houden. Veel Chinezen spreken helemaal geen Nederlands, maar vertonen lang niet zulke alarmerende negatieve cijfers. In Frankrijk weet men het treffend te formuleren. Sprekend over hun migranten, ook grotendeels Marokkanen, Algerijnen en Tunesiërs, zegt men daar: ‘vroeger spraken zij geen Frans maar ze werkten wel. Tegenwoordig spreken zij wel Frans maar ze werken niet’. Het is duidelijk, taal, hoe belangrijk ook, heeft met dit alles niets van doen.

En omdat dit donkere beeld al decennia lang voortduurt ondanks de vele miljarden belastingsgeld, goede bedoelingen van velen en boekenkasten vol onderzoekingen, nota’s, notities en adviesrapporten, zou je eindelijk eens een wijze en moedige zet van de (gemeentelijke) overheden verwachten: het organiseren van ‘tegengeluid’ om uit de impasse te komen van steeds maar weer dezelfde adviseurs die garant staan voor dezelfde adviezen die blijken nergens toe te leiden. Neem een raad die je doet huilen en niet een die je doet lachen is een wijs Marokkaans gezegde. Daar kun je wat van leren. Maar niet alleen van de overheid. Dit moet gezegd worden. In het huidige tijdperk van massacommunicatie, is het ook, en wellicht zelfs in grotere mate een maatschappelijke verantwoordelijkheid van de media. Politici en beleidsmakers worden immers steeds gevoeliger voor wat en hoe de media melden en belichten.

Een oud Chinees gezegde luidt: “Als we niet van richting veranderen, komen we uit waar we nu heengaan”. En wat doen de gemeenten behalve heil zoeken in wegwerken van taalachterstand? Samen met Rotterdam Heeft Amsterdam weer Han Entzinger en Paul Scheffer ingehuurd voor nog een rapport nu uit publicaties van de Volkskrant en Binnenlands Bestuur blijkt dat de andere prominente leden van de club ‘Integratie-industrie’, keiharde graaiers Sadik Harchaoui van Forum en zijn kompaan Ilan Kasem van De Bunt zich schuldig hebben gemaakt aan financiële misstanden met diverse louche ‘stichtingen’. Han en Paul spreken goed Nederlands en accentloos. Dat wel. Maar voor het naast elkaar leggen van de bekende cijfers van het CBS en het CPB kun je net zo goed ambtenaren inzetten. Mijn studenten van de universiteit Twente zouden het ook prima en met plezier doen. Gratis. En wat zijn de door Paul en Han getrokken conclusies vanuit de cijfers?

Voor Paul Scheffer betekent het gegeven dat meer migranten een eigen huis kopen een ‘groeiende binding met de stad’. Kan het niet zijn om andere redenen? En zelfs als het zo is, wat dan nog? En Han Entzinger (zijn ‘verdienste’ tot op heden: de invoering van de term ‘allochtoon’ voor migranten) pleit voor “investeren in kansarme buurten”. Hoe? Daar moeten wat rapporten over geschreven worden. Geniaal! Bovendien, de beoogde en onderzochte populatie waar het omgaat, veelal dragers van wat ik premoderne waarden noem zijn evenmin bekend bij Han en Paul als bij hun opdrachtgevers. Met alle respect. Ze hebben wel beroepsmatig meer boeken over hen gelezen en zelfs over hen geschreven. Maar echt kennen van binnenuit, nee. Dan proberen de lammen de blinden te helpen de turbulente rivier over te steken om die onbekende stammen daarginds te bereiken. Geen wonder dat men de stammen niet bereikt.

In dit licht kan ik ook de denigrerende en vijandige opmerkingen van Asscher richting Mark Rutte en de VVD niet plaatsen . “Bij rechts bestaat een kortzichtige desinteresse in de belemmeringen en kansen van deze kinderen van de toekomst”, zei Asscher. Is dat zo? En over Rutte: “Op Mark Rutte hoeven deze kinderen ook niet te rekenen”. Hij vergeleek hem met Emile Ratenband en noemde hem zelfs een ellende-generator. Mijn inschatting is een andere. Als er een kabinet- Bolkestein in de jaren tachtig en negentig was geweest, dan hadden wij nu geheel andere statistieken kunnen vernemen. Vele malen positiever. Betere arbeidsparticipatie en minder criminaliteit bij migranten(kinderen).

Zonder de VVD zou de invoering van Inburgering waarvoor ik jarenlang heb gepleit nooit gekomen. Mijn boek ‘Het virus cultuurverschillen’ had ik destijds aan Frits Bolkestein aangeboden in Nieuwspoort. Laatst hoofdstuk van dat boek gaat over Inburgering. Als reactie, beloofde hij dat als de VVD in de regering komt (Paars I), hij ervoor zal zorgen dat Inburgering wettelijk wordt geregeld. En dat is ook gebeurd. Een ander, actueel winstpunt dankzij de VVD.

Ruim 23 jaar geleden (18 juni 1988) pleitte ik in de Volkskrant voor het stoppen met het ‘doodknuffelen’ van migranten; en voor het hen wijzen ook op plichten en niet alleen op rechten; en voor het bevorderen zelf aan hun eigen emancipatie te kunnen werken; generiek in plaats van categoraal beleid; meer ruimte voor gemeenten om beleid af te stemmen op de plaatselijke situatie. Veel te vroeg en veel te confronterend toen. Toch werd dat betoog toen door de VVD-fractie aangehaald en omarmd in de Tweede Kamer (zie Handelingen 31 oktober 1988, UCV 7) tot groot ongenoegen van andere grote partijen in die tijd. Door de PvdA werd door dat krantartikel een fatwa tegen mij uitgevaardigd en ik werd verklaard tot ‘persona non grata’.

Het is nu al lang niet meer zo. Ook niet bij de PvdA. De acceptatie van nieuwigheden verloopt moeizaam in de Lage Landen. Dat weet ik. Toch blijft bij sommigen helaas die ‘smet’ mij achtervolgen tot op heden. Die negatieve geur is blijven hangen. Het waarom is vervaagt. Dit, afgezien van de meer natuurlijke wet van de remmende voorsprong. Maar dit terzijde.

Het is het kabinet Rutte dat alsnog met beleid is gekomen gelijkluidend aan het pleidooi in dat artikel van 1988. Zonder een kabinet onder leiding van de VVD was dat nooit gebeurd. Dit kabinet heeft daarmee een goede eerste stap gezet. Tijd nu om snelheid te maken. Er zijn volgens mij minstens drie kabinetten Rutte nodig om de door andere partijen aangerichte schade in dezen te herstellen.
 

Terug naar de oplossing van Asscher c.s. Even dacht ik dat hij het accent legt op taal vanwege zijn portefeuille onderwijs. Maar zijn collegae wethouders Andrée van Es (Amsterdam), Korrie Louwes (Rotterdam) en Marnix Norder (Den Haag) volgen dezelfde richting. In het voorwoord bij het rapport van Entzinger en scheffer schrijven Van Es en Louwes: “Zowel Rotterdam als Amsterdam wil de komende jaren een fors offensief starten op taalbeheersing”. De oude, achterhaalde en ontoereikende mantra is dus niet voorbehouden aan het stadhuis van Amsterdam. Verbijsterend! En ik dacht dat de burgemeester van Rotterdam Marokkaan is. Hij zou beter moeten weten. Norder maakt het nog botter. “Taal is een wezenlijk punt voor ons, daar begint en eindigt alles mee….”, liet hij in BB optekenen.

Is de sluier van onwetendheid (term van de Amerikaanse filosoof John Rawls) in de stadhuizen soms van metaal? Wij hebben Van Es uiteraard aangeboden haar dienaangaande te informeren voor het algemeen belang, gratis en voor niets. Maar zij gaf aan hiervoor geen tijd te hebben. De houthakker die geen tijd heeft om zijn mes te slijpen.

Kortom, taal is niet het belangrijkste. In de wijze woorden van Churchill: datgene wat Amerikanen van Engelsen onderscheidt is hun taal. Wat het belangrijkste is, is het vermogen aan te sluiten bij de ‘bedrijfscultuur’ van het land. Het moderne en beschaafde Nederland eist gelijkbejegening en behandeling van man en vrouw; respect voor homosexuelen; positief omgaan met kritiek ook in teamverband; vertrouwen schenken ook aan mensen van de ‘out-groep’; niet discrimineren, Joden ook niet; vrijheid van meningsuiting ook over religie; scheiding van kerk en staat volledig accepteren; emotie beheersing; accepteren dat empathie geen teken van zwakte is maar juist van kracht; antiautoritair gedrag accepteren en toepassen; leren en accepteren dat humor, grappen maken en typisch Nederlands ‘geinen en jennen’ geen racisme is. Gebrek aan vaardigheden op dit vlak en niet te taal zorgen nog steeds voor de zogenoemde ‘draaideur effect’ bij bedrijven en andere organisaties. Migranten gaan er net zo snel weer uit als ze erin zijn gekomen. Daarom hebben wij ook ‘opstapcursussen’ in het leven geroepen als voorbereiding op de ‘werkvloer’.

Asscher c.s. hebben het ook over voorschool. Recentelijk is ook dit onderzocht. In opdracht van de gemeente Utrecht heeft de vakgroep Orthopedagogiek Utrecht het onderzoek verricht. Op 4 oktober 2011 zijn de resultaten gepresenteerd. Resultaat: er valt nauwelijks effect te melden.
Tot slot. In de woorden van Peter Buwalda: Het is óf onbegrijpelijk ingewikkeld óf stuitend simpel. Voor een arts die weet de juiste diagnose te stellen bij zijn patiënt is het stuitend simpel de juiste medicatie voor te schrijven. Voor een andere arts die om wat voor reden dan ook de kwaal in de verkeerde hoek zoekt, is het voor hem onbegrijpelijk ingewikkeld en hij schrijft daarom steeds maar weer andere medicijnen voor. Zonder resultaat.

Welnu, goed beschouwt zijn er drie pijlers die de mislukking van de Nederlandse aanpak met zoveel en peperdure pogingen verklaren.

Een. Giftige cocktail van a) de onbegrensde hang naar politiek correctheid; b) de angst om de grote kloof tussen moderne en premoderne waarden te onderkennen en te benoemen; c) geen weet hebben van de bagage van de hedendaagse migrant veroorzaakt onzekerheid. Gevolg hiervan weer is de ‘toeschrijving’ van de eigen moderne waarden aan diezelfde migrant met overwegend premoderne normen. Daarom wordt steeds de verkeerde diagnose gesteld met onjuiste medicatie als gevolg.

Twee. Gijzeling van de overheid door de ‘integratie-industrie’. Ofwel onwetenden ofwel graaiers die uit zijn louter op eigen belang. Zij zijn stoelgericht en niet doelgericht.

Drie. Eenzijdig politieke kleuring van adviseurs en adviesorganen.

Onderkennen en bewust zijn van de oorzaken, wijst automatisch de weg naar de juiste ‘remedie’, de oplossing. Daar hoef je geen alchemist of kabbalist voor te zijn. Híer liggen besloten de nieuwe oplossingen waar deze tijd om vraagt. In mijn nieuwe boek ‘Canon voor Participatie en Diversiteit’, vorige maand aan minister Leers aangeboden, worden de hier kort beschreven benodigde vaardigheden uitgewerkt en geïllustreerd met veertig cases uit de praktijk van werk, school, straat, gemeentelijk loket, zwembad, politie, ziekenhuis. Er is ook een hoofdstuk gewijd aan ‘migranten in huis halen en houden in zeven stappen’. In dit boek zijn ook verwerkt de resultaten van een grootscheeps en langdurig internationaal onderzoek onder leiding van de Canadese psycholoog John Berry. De wetenschappers onderzochten de vraag welke migrantenjongeren succesvol participeren in het land van migratie. Het ‘recept’ uit dat onderzoek is overigens hetzelfde waardoor joden en Chinezen succesvol zijn in Amerika en daarbuiten. De Canon is praktisch, realistisch en eenvoudig toe te passen. Stuitend simpel. Indachtig het Griekse adagium: de waarheid kenmerkt zich door eenvoud.

Prof. Dr. David Pinto

Over David Pinto
De Joods-Marokkaanse Pinto emigreerde begin jaren zestig van Marokko naar Israël, en later naar Nederland. Hij is hoogleraar Interculturele Communicatie en Diversiteit aan de Universiteit Twente en aan de Bar-Ilan Universiteit van Ramat Gan (Israël). Daarnaast is hij directeur van het Inter-Cultureel Instituut (ICI). Zijn nieuwste boek ‘Canon voor Participatie en Diversiteit’ is te bestellen bij Uitgeverij Kluwer.
Een ingekorte versie van dit artikel verscheen eerder in de Volkskrant.

Zie ook van of over Pinto:

Stop het integratiebeleid
Sus de ernst van Islamitische terreur niet
Migrant kan helemaal niet integreren

Martijn de Koning heeft inmiddels al gereageerd op het stuk van Pinto, lees op Closer: De premoderne horden van David Pinto

 


 

 


Meer over cultuur, david pinto, forum, gemeenten, integratiebeleid, lodewijk asscher, taal.

Delen: